Twee luie would-be gangsters raken betrokken bij het plan van een lokale politicus om alle ongewenste elementen uit een verwaarloosde wijk te verjagen. In eerste instantie steunen ze zijn poging om het op te nemen tegen de yakuza, maar al snel dreigen ze het slachtoffer te worden van zijn streven naar een totalitaire ministaat.
Vlak voor zijn doorbraak met Cure filmde Kurosawa Kiyoshi in iets meer dan een jaar deze zesdelige yakuza-komedie, waarin Yuji en Kosaku de helden zijn. Ondanks hun gangsteruitstraling zijn het sympathieke outsiders die opkomen voor de zwakkeren. De helden schieten een broer en zus te hulp die problemen hebben met de yakuza – maar de broer heeft twijfelachtige bedoelingen: hij probeert politieke macht te veroveren met de belofte de wijk “schoon te vegen”. Hij wordt steeds populairder en zijn plannen krijgen dystopische trekjes.
Kurosawa Kiyoshi, een van de moderne meesters van de Japanse cinema, maakte jarenlang yakuza-komedies voor de videomarkt. Dit is daarvan de laatste, de beste en ook de meest Kurosawa-achtige, zoals blijkt uit een gedenkwaardige in één take gedraaide scène van zes minuten halverwege de film. Wat begint als een buddy comedy wordt steeds mysterieuzer en eindigt met een onvergetelijke climax.
