Nadat Judit Elek met het maken van On the Field of God in 1972-73het vertrouwen van het dorpje en zijn inwoners had gewonnen, bleef ze de gebeurtenissen daar volgen. Wat begon als een gedetailleerd onderzoek naar de dilemma’s en dromen van de jongere generatie, verandert in een beeld van de Volksrepubliek Hongarije in verschillende grijstinten – de economische hervormingen van 1968 en de culturele vrijheden die daarmee gepaard zouden moeten gaan, hadden grote delen van het land nog niet bereikt.
A Commonplace Story gaat meer over solidariteit en compassie dan over verontwaardiging en woede, meer over luisteren dan over praten. De film is genereus en nieuwsgierig, gedurfd, aards en teder. Het is daarom misschien niet verbazingwekkend dat de film na een openbare vertoning in Istenmezején, waarbij de dorpelingen zichzelf eindelijk op het doek zagen, fel werd bekritiseerd door het overduidelijk opportunistische deel van de vooraanstaande recensenten in het land. De hoofdpersonen waren geschokt over hoe de stadsmensen na de vertoning over hen spraken in de rondetafeldiscussie die gevoerd werd door kleinburgerlijke, stedelijke filmintellectuelen.
In de geest van cinéma vérité had Elek al een derde film gepland, die over haarzelf zou gaan en haar rol in het maken van de films. Maar die is er nooit gekomen.