Opnieuw een literatuurverfilming door literatuurdocent en filmmaker Eric Rohmer. Ditmaal greep hij terug op een idee van zijn collega en vriend Pierre Zucca (1943-1995), die ooit vergeefs probeerde een verfilming van de zeventiende-eeuwse roman L’Astrée van Honoré d’Urfé gefinancierd te krijgen. L’Astrée is het verhaal van een herdersgemeenschap in het denkbeeldige Gaul in de 5e eeuw. Céladon, een jonge herder, wordt vanwege een misverstand voor altijd weggestuurd door zijn geliefde Astrée . Hij moet een list verzinnen om haar van haar onwrikbare liefde voor hem te overtuigen en gaat in de leer bij een druïde. Vermomd als een vrouwelijke druïde-pupil keert hij vervolgens terug naar het kasteel waar het herdersmeisje is komen te verblijven. Zij wordt verliefd op de jonge druïde, om erachter te komen dat zij in feite met Céladon is.
Rohmer schreef een eigen scenario waarbij hij de roman terugbracht tot Céladons listige maar liefdevolle revanche. Hij veranderde weinig aan de bestaande dialogen, die tot zijn verbazing nog steeds actueel en geloofwaardig overkwamen. Voor de aankleding liet hij zich inspireren door met name de zeventiende-eeuwse gravures van Michel Lasne. De zorgvuldige mise-en-scène, die net als bij zijn vorige films een voorliefde voor geometrische visuele resonanties laat zien, zorgt voor een weelderige entourage vol zachte erotiek.