Martha ‘Matilda’ Witherington (Dublin, 1775) ging ervan door met toekomstig revolutionair Theobald Wolfe-Tone toen ze zestien was, verloor hem op haar drieëntwintigste toen hij in een Britse gevangenis terechtkwam, en vocht twintig jaar voor eigen bestaan en dat van haar enige overgebleven zoon in het postrevolutionaire Parijs. De restauratie van haar grafsteen in 1998 was de aanleiding om het verhaal van deze pragmatische revolutionaire op te rakelen.