Een harde en moedige film van een jonge vrouwelijke regisseur die zonder omwegen de verstrengeling van seks en geweld in een zieke relatie tussen een man en een vrouw laat zien. Hoofdpersoon in de jonge vrouw Dalva. Ze woont nog bij haar gefrustreerde en verzuurde moeder, maar als het aan haar ligt niet lang meer. Ze heeft een prijs gewonnen in een kapperswedstrijd; ze mag deelnemen aan een friseur-workshop in Miami. Voor een arme vrouw in Sao Paulo is dat zoiets als een reis naar het paradijs. Dalva pakt haar koffer, maar ze heeft nog niet de moed gehad haar moeder van haar vertrek te vertellen. Dan gaat de bel en begint voor Dalva een enkele reis naar de hel. Voor haar staat haar ex-verloofde Victor, een agressieve werkloze staalarbeider met het lichaam van een Chippendale. In een klassieke ‘huit clos’ van anderhalf uur begint een pervers proces van aantrekken en afstoten, van erotiek en agressie, van liefkozen en verkrachten en van moord en troost. Even vormt de thuisgekomen moeder een hindernis in de bizarre strijd tussen Victor en Dalva, maar ze wordt al snel door Victor koelbloedig afgeslacht. Tata Amaral zocht lang naar een actrice die bereid was en in staat om zich volledig bloot te geven. Ze vond haar in de indrukwekkende en zinnelijke Aleyona Cavalli. Ze streefde een zo groot mogelijk realisme na, waarbij een indruk van real time ontstaat, vooral tijdens de vanaf de schouder gefilmde lange opnamen van vrij- en vechtpartijen. Een niets verhullende film over de oorlog tussen de seksen. (GjZ)
