In deze ontroerende weerspiegeling van haar relatie met haar vader reist filmmaker Francesca Comencini door haar kindertijd en de Italiaanse geschiedenis. Het resultaat is een liefdevol eerbetoon aan datgene wat hem leidde en haar redde: cinema.
Na bijna 40 jaar als filmmaker reflecteert Francesca Comencini op haar relatie met haar vader, Luigi Comencini, een van de belangrijkste figuren in de geschiedenis van de Italiaanse cinema en maker van meesterwerken als Pane, amore e fantasia (1953) en The Adventures of Pinocchio. Il tempo che ci vuole verweeft op prachtige wijze herinneringen aan de rustige kindertijd en tumultueuze jeugd van de filmmaker met belangrijke momenten in de geschiedenis van Italië: met name de jaren 70 en het begin van de jaren 80, toen heroïne een generatie begon te verwoesten die worstelde met een politiek gespannen en steeds meer gepolariseerd klimaat, gekenmerkt door terrorisme en propaganda.
Maar wat Il tempo che ci vuole zo bijzonder maakt, is dat de film niet alleen een eerbetoon is aan Luigi Comencini als man en kunstenaar, maar vooral aan cinema als taal van de liefde. Vader en dochter worden samen ouder, verenigd door hun toewijding aan cinema – een levenskeuze die eerst de vader heeft geleid en later de dochter heeft gered. Door deze benadering bevrijdt Francesca Comencini het verhaal van conventionele genrebeperkingen en levert ze een ontroerende film die de pracht van hun relatie viert en de liefde van elke kijker voor cinema versterkt.