“Politiek is net een nachtclub.” Dit citaat van de verveelde antiheld De Roller (een geweldige Benoît Magimel) vormt de kern van Pacifiction. Als Hoge Commissaris van hedendaags Frans-Polynesië slijt hij zijn dagen op bijeenkomsten (zakelijk en anderszins), in bars en op adembenemende eilandlocaties.
In zijn eeuwige witte pak behoort De Roller tot een sociale kliek die in een bevoorrechte bubbel leeft. Maar wat moet er worden van de overblijfselen van dit rijk, nu de wereld aan het veranderen is en de eilandbewoners zich verzetten tegen nieuwe kernproeven? Vergelijkbaar met de filmverhalen over kolonialisme van Claire Denis (Beau travail, IFFR 2001), presenteert Pacifiction een decadent ritueel dat kunstmatig in stand wordt gehouden tot ver na zijn hoogtijdagen. Verveling en argwaan doen hun intrede, en er zijn vage aanwijzingen voor een complot waarbij de Chinezen, Russen of Amerikanen betrokken zijn.
Filmmaker Albert Serra slaat met zijn nieuwe werk een andere richting in door voor een conventionelere vorm te kiezen en die uit te werken zonder, zoals gebruikelijk, te provoceren. Toch weigert hij ons volledig te verleiden: met zinspelingen op erotiek en geweld wekt het raadselachtige plot verwachtingen die nooit helemaal uitkomen, terwijl de film afdrijft in een ontwapenende, droomachtige sfeer.