Op een uitgestrekte Kazachstaanse vlakte, omsingeld door bergtoppen, worden Aslan en zijn jongere broertjes onafgebroken aan het werk gezet door hun strenge vader. Voor plezier hebben ze geen tijd. De strakke kaders, de elegante, symmetrische composities en soundtrackloze montage weerspiegelen de orde en discipline op de afgelegen boerderij. Het enige geluid is dat van de wind, het ademen van de personages en de paar woorden die over de vlakte gaan.
In het laatste deel van zijn Aslan-trilogie toont Baigazin hoe de beelden- en geluidenstroom van geanimeerde pixels, computerspeldeuntjes en wereldnieuws de verstilde traditionele levensstijl voorgoed dreigen te veranderen wanneer plotseling een neef uit de stad op een hoverboard verschijnt. Filmmaker Emir Baigazin gebruikt het woeste water van de rivier waar de jongens afleiding en verkoeling zoeken als metafoor voor de verleidingen die hij meebrengt: televisie, tablet en videogame penetreren de tijdloze bubbel van het Kazachse platteland en lijken oude ritmes voor altijd te verstoren.