Op 16 april 2016 trof een zware aardbeving de kust van Ecuador. De eerste langere film van José María Avilés neemt dit nationale drama als uitgangspunt – maar dan op grote afstand van de instortende gebouwen en de bedolven geliefden. Hij laat zien hoe een onverwachte gebeurtenis plotseling alle spelregels kan veranderen, zelfs in een afgelegen plaats als Angamarca – de locatie van de film – waar het effect van de aardbeving als een verre, kwaadaardige echo in de natuur aankomt.
Een oude boer is vergroeid met het land, de citroenbomen en het vee. Maar er is iets veranderd, de natuur is van slag. Het water loopt niet goed weg, een kalf sterft zonder reden en de wind zwelt aan. Met rustige handelingen maar toenemende wanhoop probeert de ‘maestro’ zijn dagelijkse routine uit te voeren en alles weer in het gareel te krijgen. Dat het hem fataal gaat worden, staat vast.