Het stadslandschap van Taipei krijgt in The Last Painting soms een expressionistische toets wanneer geschilderde voorstellingen het realisme inkleuren. Iets dergelijks kan gezegd worden van het verhaal, dat begint met de ontdekking van een lugubere moord in een schildersatelier op de zevende verdieping van een woonblok. Vier maanden daarvoor deelt een geëngageerde studente daar het appartement met een schilder die zijn bestaan als activist de rug heeft toegekeerd. Zij daarentegen wil nog geloven dat geluk is wat je doet voor de gemeenschap. Is dat echt wat haar drijft? Aan de vooravond van de presidentsverkiezing verschuift de aandacht van haar werk voor een politieke partij naar iets dat dieper aan haar knaagt. Zij en haar hoogblonde vriendin dragen geheimen met zich mee, terwijl in het atelier de relatie van de schilder met een danseres onder spanning komt te staan. Kunst en politiek, zelfbewustzijn, vernedering, jaloezie, seksuele identiteit, schuld en boete raken tragisch verstrengeld in dit rauw-filosofische drama. En let op het getal zeven.