Sinds haar zoon Donovan een jaar geleden beschoten werd, komt Shirley Adams om in de zorgen. Haar dagen bestaan uit het verzorgen van haar nu gehandicapte zoon. De Zuid-Afrikaanse uit Kaapstad heeft geen baan, geen partner en haar magere inkomsten worden gereserveerd om Donovans medische zorg te kunnen bekostigen. Als een jonge, bevlogen therapeute in hun leven komt, hoopt de liefdevolle moeder dat Donovan mentaal op zal krabbelen. Het plotselinge nieuws dat zijn jeugdvriend verantwoordelijk was voor het geloste schot besluit ze echter geheim te houden, want haar zoon zakt steeds dieper weg in zijn lichamelijke en geestelijke ellende. Oliver Hermanus schijnt met dit sociaal-realistische portret zijn licht op het geweld en de armoede in het Zuid-Afrika van na de Apartheid. Hermanus levert met Shirley Adams zijn eerste lange speelfilm af, die al op internationale filmfestivals als Toronto en Locarno te zien was.