In 1963 waren er 2 miljoen buitenlandse arbeiders in Frankrijk, in 1971 3 miljoen en in 1975 zijn het er al meer dan 4 miljoen.
Nationaliteit: geïmmigreerd.
Levensomstandigheden: onzeker en schandalig.
Positie: menselijke machines, geknield of gebukt voor de bazen.
Mauritaniërs, Spanjaarden, Algerijnen, Portugezen: dezelfde strijd.
De kreet van Sidney Sokhona die zelf de rol speelt van de jonge neger die Frankrijk is binnengekomen in de bagageruimte van een Peugeot 404 (de brenger vroeg 2500 F.F. per persoon) om werk te zoeken. Een bezoek aan de marabout (mohammedaans voorganger)die geld wil hebben, advertenties, weigeringen, vernederingen. Om dit te veranderen roept Sokhona de arbeiders bijeen. Hetzelfde beeld in La Chappelle, Barbès en Stalingrad. Zwervende en uitgebuite arbeiders die hun laatste centen in de tièrcé of op de kermis verspelen om daarna terug te keren naar de slaapzalen, hokken wemelend van ratten en kakkerlakken. Het is een document over het racisme: de blikken die sommige voorbijgangers de makers en de acteurs van de film toewerpen bewijzen jammergenoeg dat dit racisme nog erg levend is.