Barrier

Net als Identification Marks: None (1964) begint deze film tijdens belangrijke feestdagen: Pasen. Vier studenten doen een spelletje. De winnaar ontvangt als prijs het spaarvarken met hun gezamenlijke spaarcenten en vertrekt vervolgens met de mededeling dat hij zijn studie opgeeft. Met al zijn bezittingen in een koffer zwerft hij door een niet nader genoemde stad (in werkelijkheid Warschau) en komt achtereenvolgens zijn seniele vader, een oorlogsveteraan, een prachtige trambestuurder, zijn vrienden van de universiteit en een aantal nieuwe mensen tegen.
De hoofdpersoon van Barrier heeft in dit scenario geen naam en hij wordt niet door Skolimowski gespeeld, maar er zijn toch voldoende overeenkomsten tussen dit personage en Leszczyc uit Identification Marks: None en Walkover (1966) om Barrier tot de Leszczycreeks te rekenen. De student komt nog steeds over als een gedeprivilegieerde jongeman die zijn plek probeert te vinden in het Polen van de ‘kleine stabilisering’ van de jaren zestig, toen Wladyslaw Gomulka partijleider was. In tegenstelling tot zijn voorgangers is hij consumptiegericht en wil hij het liefst onmiddellijk alles hebben wat eerdere generaties decennia heeft gekost om bijeen te brengen.
Barrier trekt de aandacht door de verbluffend mooie zwart-witbeelden: beelden waarin niets voorkomt wat niet van belang is voor de actie, en dat verleent de film zijn ascetische elegantie. De fraaie filmmuziek van Krzysztof Komeda werkt niet alleen sfeerverhogend, maar vult de leemtes in het verhaal. (EMK)